The women’s movement understood the need for a profound breaking of boundaries when it embraced the slogan ‘the personal is political.’ I would like to carry it one step further: if the personal is political, the more personal is historical.
The more personal demands attention be paid to how we fill our days and nights as we participate in any given economic system, how our flesh survives under different political systems, how we humanise gender tyranny, how we experience womanness and maleness in all the superstructures of class and race.
– Joan Nestle, founder of the Lesbian Herstory Archives, A Restricted Country (1987)



On whose shoulders do I stand?
In april 2023 verblijf ik een maand in New York om te werken aan mijn onderzoek naar de relatie tussen ruimte, identiteit en macht. Ik keer terug naar plekken die ik eerder fotografeerde en verken nieuwe locaties die een rol spelen in mijn onderzoek naar hoe ruimte een politieke lading heeft. Een belangrijk onderdeel van dit verblijf zijn mijn bezoeken aan het Lesbian Herstory Archives.
In april 2023 verblijf ik een maand in New York om te werken aan mijn onderzoek naar de relatie tussen ruimte, identiteit en macht. Ik keer terug naar plekken die ik eerder fotografeerde en verken nieuwe locaties die een rol spelen in mijn onderzoek naar hoe ruimte een politieke lading heeft. Een belangrijk onderdeel van dit verblijf zijn mijn bezoeken aan het Lesbian Herstory Archives.
In de loop der jaren ben ik veel foto’s tegengekomen van lesbische vrouwen, vooral in de context van protesten of bijeenkomsten. Maar ik wil weten: wat heb ik nog niet eerder gezien? Wat speelt zich af buiten het activistische moment — in het alledaagse, het persoonlijke? On whose shoulders do I stand?
Ik werk met zeldzame snapshots van lesbische vrouwen uit de jaren 1940–1960. Deze alledaagse beelden, afkomstig uit privéalbums, tonen hoe vrouwen hun dagelijkse leven doorbrachten in publieke ruimte doorbrachten en deze plekken (her)claimden als politieke arena.
Speculatieve, subjectieve methode
In dit project verbind ik archiefmateriaal met mijn eigen ervaringen, en plaats ik het in een bredere historische en sociaal-politieke context. Ik zie de grenzen van journalistieke objectiviteit; hoe doe je recht aan queer verhalen zonder ze te reduceren tot ‘feiten’? Gaanderweg ontwikkel ik een speculatieve, subjectieve werkwijze, waarin verbeelding een rol speelt, zonder de werkelijkheid te vervormen. Deze methode laat zien hoe plaatsgebonden queer identiteiten en zogenaamde safe spaces onder druk staan — politiek, economisch, ruimtelijk — en hoe ze via geleefde ervaring en zorgvuldig onderzoek opnieuw zichtbaar kunnen worden gemaakt. Fotografie en life writing vormen hierin de kern.
In dit project verbind ik archiefmateriaal met mijn eigen ervaringen, en plaats ik het in een bredere historische en sociaal-politieke context. Ik zie de grenzen van journalistieke objectiviteit; hoe doe je recht aan queer verhalen zonder ze te reduceren tot ‘feiten’? Gaanderweg ontwikkel ik een speculatieve, subjectieve werkwijze, waarin verbeelding een rol speelt, zonder de werkelijkheid te vervormen. Deze methode laat zien hoe plaatsgebonden queer identiteiten en zogenaamde safe spaces onder druk staan — politiek, economisch, ruimtelijk — en hoe ze via geleefde ervaring en zorgvuldig onderzoek opnieuw zichtbaar kunnen worden gemaakt. Fotografie en life writing vormen hierin de kern.
Publicatie
De publicatie is opgebouwd uit een voorwoord, drie essays en een epiloog, waarin mijn proces van onderzoek, reflectie en positionering zichtbaar wordt. De foto’s die hiernaast te zien zijn, vormen een visuele vertaling van dit proces. De essays kunnen afzonderlijk gelezen worden en lenen zich ook voor distributie via verschillende platforms en richting diverse doelgroepen.
Elk essay heeft een eigen perspectief en invalshoek op het overkoepelde thema, variërend van archiefbenaderingen tot queer zichtbaarheid en geleefde ruimte. Maar samen vormen ze een gelaagd geheel. Zo ontstaat een flexibel inzetbare publicatie die zowel inhoudelijke diepgang biedt als toegankelijk is voor bredere publiekswerking.
De publicatie is opgebouwd uit een voorwoord, drie essays en een epiloog, waarin mijn proces van onderzoek, reflectie en positionering zichtbaar wordt. De foto’s die hiernaast te zien zijn, vormen een visuele vertaling van dit proces. De essays kunnen afzonderlijk gelezen worden en lenen zich ook voor distributie via verschillende platforms en richting diverse doelgroepen.
Elk essay heeft een eigen perspectief en invalshoek op het overkoepelde thema, variërend van archiefbenaderingen tot queer zichtbaarheid en geleefde ruimte. Maar samen vormen ze een gelaagd geheel. Zo ontstaat een flexibel inzetbare publicatie die zowel inhoudelijke diepgang biedt als toegankelijk is voor bredere publiekswerking.


